Bandenspanning motor

De bandenspanning van mijn motor

Het enige wat de motor verbindt met het wegdek zijn de banden. De banden en daarmee de bandenspanning van jouw motor zijn daarom van cruciale waarde voor het veilig rijden.

Wij zien over het algemeen dat nog veel motorrijders hun bandenspanning niet op tijd controleren.

We controleren bij onze banden vaak wel de profilering en mogelijk misschien ook nog wel de droogte scheuren, omdat we die van een afstand vaak wel zien. Maar wat we veel te weinig controleren is de bandenspanning. Dat zijn de zaken die wij vaak samen met klanten constateren bij ons in de werkplaats.

In het kort samengevat waar jij op moet letten als het gaat om jouw bandenspanning, en wat je verder in dit artikel kan lezen:

• De gemiddelde bandenspanning zit op 2.5 bar voor en 2.9 bar achter, maar lees wel verder hoe jij de correcte bandspanning voor jouw motor kan vinden.
• Zorg ervoor dat je een goede banden meter hebt.
• Je banden koud oppompen heeft de voorkeur.
• Zorg dat jij voorkomt dat jouw banden droogtescheuren oplopen.
• Zorg dat jouw banden elke 2 tot 4 weken gecontroleerd worden op spanning.

De druk van de bandenspanning wordt uitgedrukt in bar of kilopascal. 100 kilopascal is één bar en meestal drukken de leveranciers dit uit in bar naar de consument om het zo eenvoudig mogelijk te houden.

Je bandenspanning kan gecontroleerd worden door middel van het lezen van de gebruikershandleiding.

Als je geen gebruikershandleiding of servicemanual kan vinden waar de juiste bandenspanning in beschreven staat, dan kan dit ook nog wel eens op andere plekken op de motor worden weergegeven.

Zo kun je bij veel motoren op de kettingbeschermer vaak ook een service sticker vinden waar de bandenspanningen op staan. Vaak worden er meerdere spanningen onder elkaar gezet, zoals één als je rijdt met een bijrijder of alleen.

Is een te hoge bandenspanning gevaarlijk?

De reden waarom die bandenspanning zo belangrijk is, is omdat dit de enige manier is om te waarborgen, waar de band voor ontwikkeld is.

Het enige wat jou en de motor verbind met het asfalt en daar moet je zuinig op zijn. Waarom kijkt het rijden met de juiste bandenspanning dan zo nauw?

Bij een te lage bandenspanning kan dit zorgen voor een dweilerig weggedrag. En bij een te harde bandenspanning bestaat er een kans contact met het wegdek wat sneller kwijt kan raken. Bij een te zachte band, zal er doordat er veel rubbercontact is de band overmatig warm kunnen worden.

Op het circuit bijvoorbeeld zijn dit wel omstandigheden waarin je juist met een lagere bandespanning wilt rijden, maar dan zul je dat ook continu moeten blijven monitoren.

Daarnaast krijg je vaak met een te harde band een steeds onvoorspelbaar motor gedrag. Door het gering contactvlak en beperkte vervorming van de band kan het er voor zorgen dat je veel sneller tractie verliest, of volledig kwijt raakt.

In de foto kunnen we heel eenvoudig laten zien hoe je kan herkennen wat een band is geweest die heeft gereden met een te harde bandenspanning, en een te zachte.

Wat is de bandenspanning van mijn motor?

Bandenspanning per motor kunnen behoorlijk variërend zijn. Zo kan een motorscooter een wat lagere bandenspanning hebben dan een zware tour of allroad motor. Zorg dus goed dat je op de hoogte ben wat de juiste bandenspanning voor jouw motor is.

Vaak zien we dat de bandenspanning van een motor gemiddeld voor op 2.5 bar voor zitten en op 2.9 bar achter. Maar bij een motorscooter kan dit zomaar voor op 1.8 bar zitten en 2.3 op de achter band zijn.

Wat wij ook vaak adviseren is dat je op de zware tour motoren, zoals de: Yamaha FJR1300, Honda ST1300 of de BMW R1200RT de bandenspanning op de voorband niet op 2.5 maar op 2.9 bar zetten.

Dit zorgt voor een veel mooier bochten gedrag en stuurkarater. Hoe vaak controleer je dan de bandenspanning van jouw motor. Het advies is om deze elke 2 tot 4 weken minstens 1 maal te controleren.

Wat dit nog als voordeel meebrengt is dat jouw brandstofkosten een veel gezonder rendement behalen. En uiteindelijk zullen je banden veel langer meegaan en gelijkmatiger rond afslijten.

Wat je ook kan doen om het aflopen van de bandenspanning tegen te gaan is om te kiezen voor een stikstofvulling in je banden. De stikstof verdringt alle zuurstof, en uiteindelijk zorgen de zuurstof moleculen die veel vrijer bewegen dat je band sneller afloopt.

Als je dan toch op je hurken zit om de bandenspanning te controleren, controleer dan ook gelijk of je band in goede conditie is. Zo zijn daar een aantal dingen die je zelf kan controleren, waaronder de slijtage van je band en de droogte scheuren aan de band.

De slijtage indicatoren zitten in de profielbanen van de band, en steken vaak net 2 millimeter hoger uit dan de onderkant van de profielbaan. Hiermee kan je eenvoudig met het blote oog bepalen over een deel of meerdere delen van de band versleten zijn of in de gevarenzone zitten.

Ook kun je droogte scheuren eenvoudig vinden door goed aan de wang van de band en in de profielbanen te zoeken naar deze droogte scheuren. Ze geven vaak aan dat de band in een mindere conditie begint te raken, en dat de silica begint uit te werken.

Silica is het grip houdende element waarmee we blijven plakken aan het asfalt. Als dat uitgewerkt is, wil jij op voorhand alvast jouw motorband vervangen hebben.